(27) Waarom Vlissingen (en niet Den Briel) de eerste was


Op april zes
verloor Alva zijn fles
(en dat was erger dan zijn bril
die hij verloor op één april).

Vlissingen was op 6 april 1572 de eerste stad in de Noordelijke Nederlanden die zich op eigen kracht van de Spanjaarden wist te bevrijden. Een brief van Willem van Oranje die is te vinden in het Gemeentearchief in Vlissingen, toont dat aan. De prins bedankt daarin de Vlissingers, zegt dat de stad de eerste is en spreekt de hoop uit dat de andere steden in Nederland dit voorbeeld zullen volgen.

Over Den Briel, dat een paar dagen eerder door de Watergeuzen werd bevrijd, rept hij met geen woord. En dat is merkwaardig, omdat in de officiële vaderlandse geschiedschrijving Vlissingen zelden of nooit wordt genoemd. Het gaat altijd over Den Briel en hooguit over “… een aantal Zeeuwse steden…” die het voorbeeld van de Hollandse stad zouden hebben gevolgd. De brief van de prins aan Vlissingen bewijst dat deze zienswijze Vlissingen ernstig tekort doet. De feiten rondom de inname van Den Briel tonen dat ook aan. Eind maart 1572 lag de ongeveer twintig schepen tellende vloot van de Watergeuzen in de Engelse rivier de Medway, een vertakking van de Thames, toen ze van de Engelse regering te horen kregen dat hun vertrek onvermijdelijk was geworden. De Engelsen wilden hun relatie met de Spanjaarden verbeteren en het huisvesten van een Hollandse roversbende droeg daar niet bepaald aan bij. Op 1 april voeren de schepen de Noordzee op zonder precies te weten waar ze naar toe zouden gaan. Bij toeval raakten ze voor de kust van Den Briel en vernamen daar dat de stad kort ervoor was verlaten door een garnizoen Spaanse soldaten. Omdat de groep toch op zoek was naar een nieuwe vaste basis, namen ze de stad meteen maar in. De zogenaamde verovering van Den Briel kun je daarom geen revolutionaire daad noemen en van enige opstand was al helemaal geen sprake. En dat was wel wat Willem van Oranje wilde: opstand tegen de Spanjaarden. Geen wonder dat Vlissingen de eer kreeg zich de eerste stad te mogen noemen waar de vijand door een opstand van de stedelingen zelf werden verdreven. Na 6 april zouden vele steden in Zeeland en Holland het Vlissingse voorbeeld volgen, precies zoals de prins het had gehoopt.