(119) Gemeentelijk huishoudboekje uit 1925 op orde

Ik heb even getwijfeld of ik het volgende artikel over de gemeentelijke financiƫn in 1925 wel zou moeten schrijven. Die waren namelijk behoorlijk op orde in die tijd en een lofzang op de bestuurders toen, kan makkelijk worden gezien als een vorm van kritiek op de huidige politieke verantwoordelijken. Aan dat laatste zal ik me niet wagen. De werkelijkheid is vaak complexer dan de publieke opinie graag zou willen en ik heb een rol als beste stuurman aan de wal nooit geambieerd. Waar ik wel een voorstander van ben, is het bevorderen van kennis over het verleden. Een paar lesjes geschiedenis als begin van politieke besluitvorming kunnen daarom nooit kwaad.

Terug naar 1925. Hoewel er in de jaren twintig in Vlissingen werd gewerkt aan grote infrastructurele projecten, was het huishoudboekje op orde. Dat is opvallend, omdat er in deze jaren werd gewerkt aan een zeer grote uitbreiding van de Buitenhaven, een project dat de haven van Vlissingen tot grote hoogten moest gaan opstuwen. Een project ook dat vergelijkbaar was met de omvang van het huidige Scheldekwartier-project. Door slim politiek lobbywerk van het stadsbestuur, waarbij vooral burgemeester Albert van Woelderen een grote rol speelde, was de landelijke overheid bereid gevonden om een grote financiƫle bijdrage te leveren en alle procedurele belemmeringen uit de weg te ruimen.

De totale gemeentelijke schuld op 1 januari 1925 bedroeg iets meer dan twee miljoen gulden. Hierop werd jaarlijks een bedrag van 56.160 gulden afgelost. De rentelasten bedroegen 78.048 gulden. Opmerkelijk was dat deze schuld voor een belangrijk deel was ontstaan in de periode 1650-1791. In 1818 was dit 920.337 gulden. In 1925 bedroegen de inkomsten uit belastingen 669.560 gulden. In de tabel staan deze gespecificeerd. De belasting was progressief. Wie 1.000 gulden per jaar verdiende, hoefde daarvan maar elf gulden te betalen. Mensen met een inkomen van 50.000 gulden waren jaarlijks 4.618 gulden verschuldigd aan de Vlissingse ontvanger. Het hebben van kinderen was daarbij voordelig. In de laagste inkomensklassen behoefde een gezin met minsten twee kinderen helemaal niets te betalen.
---------------------------------------
Plaatselijke belasting: 488.000
Grondbelasting: 38.820
Personele belasting: 45.640
Straatbelasting: 29.200
Dividendbelasting: 7.200
Vermogensbelasting: 8.500
Hondenbelasting: 4.200
Belasting op toneel: 18.000
Zakelijke belastingen: 30.000
Totaal: 669.560
---------------------------------------
Tabel. Inkomsten gemeente Vlissingen in 1925.

Het huishoudboekje in 1925 zag er voor wat betreft de uitgaven niet heel veel anders uit dan tegenwoordig, met dat verschil dat ze in balans waren met de inkomsten. Er was, naast de jaarlijkse rentedruk, voldoende geld voor cultuur (!), politie, brandweer, sociale uitkeringen, de aanleg van wegen, straatverlichting, ziekenzorg en ambtenarensalarissen. Misschien toch tijd voor geschiedenisles?