(164) Ondergronds nut

Op 10 juni 1880 ging de gemeenteraad van Vlissingen akkoord met de verkoop van de gemeentelijke gasfabriek aan de Wijnbergsche Kade aan het Engelse bedrijf Imperial Continental Gas Association (ICGA) voor 150.000 gulden. De Engelsen kregen daarvoor ook het recht om 25 jaar lang gas te leveren aan Vlissingse bedrijven en particulieren. De fabriek, die gas produceerde door steenkool te verbranden, was in 1861 gebouwd in opdracht van de gemeente Vlissingen om de stad te kunnen voorzien van een moderne vorm van straatverlichting, maar vooral omdat men dacht dat de vraag naar gas vanuit het bedrijfsleven in de jaren daarna behoorlijk zou gaan toenemen. De werkelijkheid bleek anders. De straatverlichting in de stad en langs de havens werd gerealiseerd omdat de gemeente zelf de opdrachtgever was, maar de vraag naar gas bleek minder groot dan men had bedacht. In de jaren na 1861 maar vooral 1868, toen de landsregering besloot om de marinewerf naar Holland te verplaatsen, geraakte Vlissingen in een vrije economische val. Niet alleen de werf zelf met haar ruim negenhonderd werknemers verdween, maar ook de vele toeleverende bedrijven en werkplaatsen die vertrokken of ten onder gingen omdat voor hen een verhuizing te kostbaar was. Tussen 1861 en 1875 nam de bevolking af van 11.000 naar 9.500. In de jaren zestig van de negentiende eeuw was het aantal bedrijven met meer dan één werknemer op de vingers van twee handen te tellen: een bierbrouwerij, een zeepziederij, drie korenmolens, een brandspuitfabriek, een katoenweverij, twee kaarsenmakerijen en een chocoladefabriek. De Marinewerf was verantwoordelijk geweest voor meer dan 95 procent van de industriële werkgelegenheid in Vlissingen. Na het vertrek van de werf was de gasfabriek met haar twaalf medewerkers direct de grootste werkgever. Veel meer dan het laten branden van de straatverlichting was er echter niet te doen en de fabriek werd al snel een permanente verliespost voor de gemeente Vlissingen. >> Lees verder

Afbeelding: De gasfabriek langs de Marinesluis omstreeks 1905 (Fotocollectie, Gemeentearchief Vlissingen)