Zichtbare toekomst


In februari 1945 hield de burgemeester van Vlissingen Albert van Woelderen zijn eerste nieuwjaarsrede sinds 1941. Gedurende de oorlogsjaren had hij wel toespraken bedacht en opgeschreven, maar nooit uitgesproken om de eenvoudige reden dat hij in het begin van de oorlog geen politieke toespraken kon houden en in 1943 uit zijn ambt was gezet. Vlissingen was in november 1944, de maand van haar bevrijding, de meest verwoeste stad van Nederland en er woonden amper nog 3.000 mensen van de 23.000 in mei 1940. Het merendeel had de stad verlaten en woonde elders in de provincie of het land. Van Woelderen besteedde hieraan in zijn verhaal uiteraard de nodige aandacht maar ging al snel over tot het onderwerp dat hem gedurende de oorlogsjaren het meest had beziggehouden: de toekomst van Vlissingen.

Van Woelderen sprak meer dan een uur voor een waarschijnlijk ademloos luisterend gezelschap van raadsleden. Hij ontvouwde een visie op de toekomst van de stad die bijna on-vlissings was: korte, middellange en lange termijnplannen waren tot een consistent geheel gesmeed. De wederopbouw en het zo snel mogelijk terughalen van de vele duizenden vertrokken Vlissingers speelden een belangrijke rol, maar Van Woelderen had ook nagedacht over de periode daarna: hoe moesten al die mensen weer aan het werk? Hoe kon de stad aantrekkelijk worden gemaakt voor nieuwe bedrijven? Op welke manier konden de havens het best worden ingericht voor het laden en lossen van zoveel mogelijk schepen? Wat was de toekomst van het toerisme in een verwoeste stad die rond 1920 nog tot de top vijf van Nederlandse drukste vakantieplaatsen behoorde? Het vergezicht dat Van Woelderen schetste leek op de plannen die hij als jonge burgemeester in 1919, het jaar van zijn aantreden, had gepresenteerd: de Vlissingse Trias die beoogde te investeren in de industrie, de havens en het toerisme. Aan de verwezenlijking ervan had hij meer dan twintig jaar met een tomeloze energie gewerkt, maar net toen Vlissingen eindelijk de vruchten leek te kunnen gaan plukken van dit beleid, brak in de meidagen van 1940 de oorlog uit.

Metamorfose
De plannen van februari 1945 waren rijper en meer overdacht dan die van 1919. Er zat een volgorde in: eerst de wederopbouw en de terugkeer van de bevolking, dan de infrastructuur en dan de rest. Van Woelderen had er vier jaar over kunnen nadenken en hij had meer dan vijfentwintig jaar ervaring die hij in 1919 nog niet had. Daarnaast was hij geholpen door een slimme wethouder die al in 1943 een boekje had geschreven met de titel De metamorfose van Vlissingen en kort na de toespraak van Van Woelderen een wat omvangrijker publicatie zou uitgeven met de titel De herbouw van Vlissingen. Deze wethouder heette H.B.J. Knoop, in het dagelijks leven tandarts. Knoop zou na de oorlog nog een aantal boeken publiceren over de Tweede Wereldoorlog en heeft onmiskenbaar een grote invloed gehad op de totstandkoming van de visie van de burgemeester.

--------------------------------------------------------------------------
1. Het herstellen en uitbreiden van de Buitenhaven
2. Het verplaatsen van het spoorwegstation naar het begin van de Nieuwe Vlissingse weg
3. De aanleg van een bijstation in de binnenstad
4. Het oplossen van de verkeersproblemen bij de Keersluis
5. De aanleg van een nieuwe brug over het kanaal
6. De aanleg van een nieuwe toegangsweg naar de binnenstad
7. De demping van de Spuiboezem
8. Een nieuwe afwatering van Walcheren naar de Nolledijk
9. De aanleg van betere toegangswegen naar de boulevards
10. De aanleg van een nieuwe badplaats bij Zwanenburg
11. De aanleg van meer bebossing in de duinen
12. De bouw van een nieuw stadhuis
13. De bouw van een nieuw politiebureau
14. Het volbouwen van de Nieuwe Markt
15. Het verzorgen van een betere huisvesting voor de bejaarden
16. De bouw van een medisch centrum voor het Groene kruis
17. Het opruimen van krotwoningen
18. De aanleg van betere verkeerswegen naar de stad
19. Het verbeteren van Vliegveld Vlissingen
20. De aanleg van nieuwe industrieterreinen
21. De aanleg van een jachthaven
22. De bouw van een nieuw postkantoor
23. De bouw en exploitatie van een restaurant op het Nollepunt
24. De bouw en exploitatie van een paviljoen voor de kunstkring "Het Zuiden"
25. De bouw en exploitatie van een schouwburg annex concertzaal
26. Het herstel van de jeugdherberg
27. De aanleg van een groot sportpark
28. De aanleg van een nieuwe rijksweg van Nieuwland naar de Buitenhaven
29. Het starten van een snelbootverbinding Vlissingen-Antwerpen
30. Het realiseren van nieuwbouw op zeer grote schaal: "... Nieuwbouw en nog eens nieuwbouw..." (Van Woelderen verwachtte op termijn 30.000 inwoners)
--------------------------------------------------------------------------
Tabel 1. De 30 plannen in de volgorde zoals burgemeester Van Woelderen die in februari 1945 ontvouwde in zijn eerste nieuwjaarsrede na de Tweede Wereldoorlog (Bron: GAV, Archieftoegang 396, Inventaris 2.3 Diversen, Inventarisnummer 145)

In tabel 1 op deze pagina zijn alle dertig plannen van Van Woelderen opgesomd in de volgorde waarin hij ze behandelde. Het is opvallend dat het bouwen van huizen op de laatste plaats kwam. Waarschijnlijk had dat te maken met de opbouw van zijn toespraak die hij was begonnen met een overzicht van de verwoestingen en de noodzaak om de stad snel weer bewoonbaar te maken. Wat ook opvalt is dat bijna de helft (veertien van de dertig) van de plannen te maken had met de aanleg van infrastructuur: wegen, spoorwegen, stations, havens, kanalen, bruggen en scheepvaartverbindingen. En dat was een noviteit, zeker in deze mate. De grootste belemmering voor een groei van Vlissingen als havenstad en later als industriestad was immers sinds oudsher de slechte verbinding met het achterland geweest. Na 1872 leek hierin verandering te komen toen de rechtstreekse spoorverbinding met Bergen-op-Zoom werd gerealiseerd. Die bestond echter lange tijd uit slechts een enkel spoor, daar waar Rotterdam al direct een dubbel spoor naar onder andere Duitsland had gekregen. Over de wegverbindingen kan hetzelfde worden gezegd. Toen Van Woelderen zijn toespraak hield was er nog geen meter snelweg aangelegd in Zeeland.
De burgemeester pleitte onder andere voor de bouw van twee stations: eentje net buiten de stad bij de Keersluis en de andere midden in de stad. Het moet hem een doorn in het oog zijn geweest dat mensen die per spoor naar Vlissingen reisden, kilometers buiten de stad aan hun lot werden overgelaten en hun reis per bus of taxi moesten voortzetten en dan evengoed voor Middelburg konden kiezen, op een ongeveer gelijke afstand van het Vlissingse station. Daarnaast sprongen de wegenaanleg naar de binnenstad en naar de boulevards, de uitbreidingen van het vliegveld en het in het leven roepen van een snelbootverbinding Vlissingen-Antwerpen in het oog. Van Woelderen was van mening dat een binnenstad alleen levendig kon worden wanneer er veel mensen kwamen, van binnen en van buiten Vlissingen. Hij zei dit op een moment dat er in de stad alleen nog maar wat puin was geruimd. De wederopbouw moest nog beginnen.
Hoe anders is het nu. In 2015.

Van Woelderen anno 2015
Over het tijdstip waarop de wederopbouw van Vlissingen werd afgerond kun je discussiëren. Volgens sommigen was dat in de jaren zestig, toen de laatste noodwoningen konden worden verlaten en afgebroken. Andere vinden het einde van de jaren tachtig een meer passende periode omdat toen de herinrichting van de binnenstad haar voltooiing beleefde. Althans voorlopig, want in dezelfde periode werd een begin gemaakt met de ontwikkeling van ideeën om het oude Scheldeterrein weer bij de binnenstad te voegen. Wanneer we deze redenering aanhouden zou je kunnen zeggen dat Vlissingen vandaag de dag nog steeds bezig is met het weder opbouwen van de stad. Waar we het eindpunt echter ook leggen en hoe mooi of lelijk we de naoorlogse bouwprojecten in de stad ook vinden, de stad heeft anno 2015 de littekens van de Tweede Wereldoorlog nagenoeg weggewerkt. Daarover had Van Woelderen tevreden kunnen zijn. De oud-burgemeester zou zich echter omdraaien in zijn graf wanneer hij had gezien hoe er met de infrastructuur in en om de stad is omgegaan en dat er met zijn visie helemaal niets is gedaan. De binnenstad van Vlissingen is de laatste vijftig jaar zo goed als onbereikbaar gemaakt door het afsluiten van straten en toegangswegen voor gemotoriseerd verkeer. Treinreizigers worden nog steeds in het niemandsland van de buitenhaven gedumpt, net als de bezoekers die van het veer Vlissingen-Breskens gebruik maken. De boulevards en de stranden zijn wat beter bereikbaar, maar eenmaal daar aangekomen is er niet zo heel veel te doen. Behalve dan op de spaarzame zomerse dagen wanneer mensen niet veel meer nodig hebben dan het strand en de zee.
Het is een interessante exercitie om de actiepunten van Van Woelderen uit 1945 los te laten op het Vlissingen van nu en wellicht hier en daar wat te moderniseren, hoewel we op voorhand al kunnen vaststellen dat het laatste waarschijnlijk slechts op detail nodig zal zijn. We eren daarmee een man die zijn naam heeft gegeven aan een lange laan die onderlangs de boulevards en het Nollebos loopt, een monumentale villa met zeezicht en een uitrustbank tegenover de Watertoren, maar wiens ideeën eerst door de Duitsers en de Engelsen en vervolgens door de Vlissingers zelf ten gronde zijn gericht, respectievelijk genegeerd. We zouden Van Woelderen zijn toespraak opnieuw kunnen laten houden. Met PowerPoint presentatie dit keer.

Als afsluiting van deze reeks van 16 artikelen en meer dan 160 pagina’s over de geschiedenis van Vlissingen, leek het mij gepast om de allerlaatste pagina te gebruiken voor de toekomst van onze stad. In 2009 mocht ik in de PZC een artikel schrijven over mijn visie op deze toekomst. Ik kende toen de toespraak van Van Woelderen nog niet. Omdat ik maar één krantenpagina tot mijn beschikking had beperkte ik mij tot tien punten. Daarvan leidde ik ook de titel af: ’10-puntenplan maakt Vlissingen gezond’. Kern van het artikel was de slechte bereikbaarheid van de stad voor winkelend publiek, toeristen en reizigers. Ik koos in mijn inleiding voor een medische invalshoek en stelde dat Vlissingen aan een hartkwaal leed. Een beginnende hartkwaal, dat wel, maar ingrijpen was noodzakelijk. Geen door de beleidsmakers bedachte reparatieplannetjes, maar structurele veranderingen. Vlissingen moest gedotterd worden. Het bloed moest weer gaan stromen. Mijn uitgangspunt was mobiliteit, de centrale vragen: “Hoe krijgen we de mensen terug in de stad? Hoe zorgen we voor drukte, voor gekrioel, voor levendigheid?”. Mijn tien punten waren niet afdoend, maar waren volgens mij wel een eerste stap in de goede richting. Over de financiering maakte ik me geen zorgen. Voor de meeste actiepunten zouden investeerders gevonden kunnen worden. Vlissingen had en heeft immers iets dat de meeste andere steden niet hebben: locatie, locatie en nog eens locatie. Toen ik, tijdens het  bronnenonderzoek voor mijn boek over Vlissingen en deze reeks in Den Spiegel, de toespraak van Van Woelderen onder ogen kreeg, was ik blij verrast. Mijn tien punten kwamen in aantal niet in de buurt van de 30 punten van de voormalige burgemeester, voor wat betreft de geest was er weinig verschil: ook bij Van Woelderen ging het in de eerste plaats om mobiliteit en infrastructuur. En dat geldt wat mij betreft nog steeds. In tabel 2 staan alle punten uit mijn artikel uit 2009 gerubriceerd en opgesomd. Het hele verhaal, waarin alle punten worden toegelicht, kunt u vinden op internet: http://vlissingen700.blogspot.nl/p/10-puntenplan.html.
Morgen beginnen?

--------------------------------------------------------------------------
Mobiliteit verhogen
1. Verhuis het station naar het Scheldekwartier
2. Breng de veerpont naar de loodsenhaven
3. Maak de binnenstad ruim toegankelijk voor auto's (o.a. de Walstraat)

Voorzieningen
4. Breng de Hogeschool Zeeland, de HZ, naar het Scheldekwartier
5. Behoud een volwaardig ziekenhuis voor de stad
6. Leg een jachthaven aan bij het Scheldekwartier

Boulevard
7. Maak de boulevard autovrij
8. Maak een doorlopend zandstrand van de Nollepier naar de Gevangentoren
9. Leg een wandelpier aan
10. Zorg voor meer kleine winkeltjes op de boulevard
--------------------------------------------------------------------------
Tabel 2. 10-puntenplan Vlissingen (Bron: Druenen, P.G. van, ’10-puntenplan maakt Vlissingen gezond’ in: PZC, donderdag 14 mei 2009). NB: de punten zijn enigszins aangepast aan de actualiteit.